Nieuwsflits 1
Wat zijn oesters nou eigenlijk en de geschiedenis van de oester
Wat zijn oesters nou eigenlijk?
Oesters zijn weekdieren en staan bekend om hun kenmerkende schelpen die plat, ovaal en asymmetrisch van vorm zijn. Ze bestaan uit twee kleppen die aan elkaar bevestigd zijn door een scharnier. De buitenkant van de schelpen kan variëren in kleur en textuur, afhankelijk van de soort en de omgeving waarin ze worden gekweekt. De binnenzijde van de oesterschelpen is glad en parelmoerachtig van kleur. Deze gladde textuur helpt bij het beschermen van het gevoelige vlees van de oester.
Het vlees van de oester bevindt zich binnen de schelpen en bestaat uit twee delen. Het mantelvlees is het grootste deel van de oester en heeft een zachte en slijmerige textuur. Het kieuwvlees is kleiner en heeft een stevigere textuur. De kleur kan variëren van licht grijs tot beige.
Oesters leven in zoutwateromgevingen en voeden zich door plankton en andere kleine deeltjes uit het water te filteren met hun kieuwen. De groei van oesters gaat langzaam en de smaak kan variëren afhankelijk van de regio waar ze worden gekweekt, de soort en de voedingsomstandigheden. Sommige oesters hebben een zilte, zeeachtige smaak, terwijl andere zoeter en romiger kunnen zijn.
De oester wordt vaak rauw gegeten, maar ze kunnen ook op verschillende manieren worden bereid, zoals gegrild, gestoomd, gebakken of gebruikt in soepen en stoofschotels. Oesters worden beschouwd als een delicatesse in de culinaire wereld.
Over de hele wereld zijn er veel verschillende oesters. Er zijn ongeveer honderd soorten oesters, maar tig meer varianten in grootte, smaak, vorm en kleur. De bekendste soorten zijn de creuses (Crassostrea gigas) en de platte oester (Ostrea Edulis).
Geschiedenis van de oester
Oesters hebben een lange geschiedenis als voedselbron en worden al duizenden jaren gegeten door verschillende culturen over de hele wereld. De precieze oorsprong van het eten van oesters is moeilijk te achterhalen, omdat oesters al in veel verschillende kustgebieden van de wereld in het wild voorkomen. Op alle continenten met uitzondering van Antartica zijn bergen van oesterschelpen gevonden. De mensen over de hele wereld hebben verschillende manieren ontwikkeld om ze te vangen en te bereiden. Het is een voedselbron die al eeuwenlang wordt geconsumeerd.
Oesters waren al geliefd in de oudheid en werden gegeten door de oude Grieken en Romeinen, die ze beschouwden als een lekkernij en een symbool van welvaart. Van de Romeinse keizer Augustus wordt bijvoorbeeld gezegd dat hij oesters at als een lekkernij. Ook in andere delen van de wereld zoals Azië en Noord-Amerika werden oesters traditioneel gegeten.
Tijdens de middeleeuwen werden oesterbedden gekweekt en onderhouden in verschillende Europese wateren. Ze werden vaak gegeten tijdens religieuze vastenperiodes, omdat oesters niet als vlees werden beschouwd.
In de 17e en 18e eeuw werden oesters steeds populairder in Europa en Amerika. In de 19e eeuw bloeide de oestercultuur en was er veel vraag naar oesters in Amerika en Europa en er werden dan ook veel oesterbedden aangelegd.
In de 20e eeuw worden oesters geconsumeerd over de hele wereld en werden ze beschouwd als een delicatesse. Omdat de oesterpopulatie op sommige plaatsen werd bedreigd door overbevissing en milieuvervuiling, werden er regels ingevoerd om de oestervoorraden te beschermen.
Tegenwoordig worden oesters nog steeds zeer gewaardeerd als een heerlijke zeevrucht en zijn er veel gerechten en bereidingswijzen voor oesters. Oesterteelt en -kweek spelen een belangrijke rol in de visserij.
In onze volgende nieuwsflitsen besteden we o.a. aandacht aan de kweek, de voortplanting en de groei van de oester.